11 mrt

Lichaamssensaties houden je met twee benen op de grond

Artikel door Harriët Ordelman

Gevoelens zijn waardevol. Ze geven kleur aan je leven, maken duidelijk wat je raakt en wat van waarde is voor jou. Het is heerlijk als je gedrag overeenstemt met je gevoel: je doet met liefde je werk, je zegt vol overtuiging waar je last van hebt en hoe je het wél wilt. Dan voel je je krachtig. Het maakt gezond.

Soms worden we overweldigd door gevoelens en reageren we daarop op een manier die ons eigenlijk niet verder helpt. De angst dat je werk niet op tijd af zal komen maakt dat je vééél te lang doorgaat terwijl je veel beter even rust kan nemen. Of je snauwt een collega af die in jouw ogen iets verkeerd gedaan heeft. Daar gebruik ik voor de duidelijkheid een ander woord voor: emoties. Emoties overspoelen ons als wilde golven in de zee: we moeten er wel in mee. Ze geven ons het idee dat we geen keuze hebben, dat we wel moeten handelen zoals we dat doen. Dat de situatie of iemand anders druk op ons uitoefent en ons ertoe dwingt. We gedragen ons reactief.


Maar….niets is minder waar. In de meeste dagelijkse situaties kunnen we gewoon zelf kiezen hoe we reageren. Voelen wat je voelt en kiezen hoe je daarop wilt of kunt reageren. Pro-aktief. Soms weet je niet hoe je wilt of kunt reageren, dat geeft niet. Niet reageren of zeggen dat je het niet weet of iets (nog) niet kunt is ook een keuze.


Wat gebeurt er bij emotionele stress?

In je jeugd vorm je een beeld van jezelf en van de wereld om je heen. En van de relaties tussen jezelf en de rest van de wereld. De manier waarop je jezelf, de wereld en je interacties waarneemt en hoe je erop reageert noemen we ‘patronen’. Deze zijn ook vastgelegd in je hersenen. Zonder hier diep in te gaan op de bouw en werking van de hersenen kan je zeggen dat  sommige ervaringen in het hier en nu aanleiding geven tot een stressreactie in je lichaam die voortkomt uit een oud patroon. Hier volgt een voorbeeld uit mijn eigen leven om dat duidelijk te maken.

Ik was vroeger bang voor de autoriteit van mijn vader en heb niet goed geleerd om mijn mening te geven als die afweek van die van hem. Toen was het niet zo gek dat ik bang was: ik was een kind, afhankelijk van hem  voor liefde en als gids in een nog grotendeels onbekende wereld.

Wanneer ik nu mijn mening moet zeggen tegen mensen waar ik tegen op kijk voel ik spanning in mijn buik, neiging tot inzakken in mijn borst en verhoogde hartslag en spanning in mijn bovenarm spieren. De kans is groot dat ik niet goed uit mijn woorden kom of dat ik me tegen de ander ga afzetten.

De fysieke reactie ontstaat onbewust: mijn hersenen geven mijn zenuwstelsel de opdracht om de stoffen te produceren die zorgen voor deze vecht- en vluchtreactie. Alsof ik daadwerkelijk in mijn veiligheid bedreigd wordt.

Wanneer mijn hersenen deze fysieke reactie waarnemen vormen ze angstige of agressieve gedachten alsof er in het heden iets gebeurt wat niet veilig is:  “met wat voor idioot zit ik nu aan tafel” of “ik zal mijn ideeën vast niet helder kunnen verwoorden”. Deze gedachten  zetten mijn zenuwstelsel nog meer aan tot produceren van stoffen die mijn lichaam in staat van paraatheid brengen. En zo ontstaat een vicieuze ‘stress-cyclus’. De woeste golf van de zee die door mijn lichaam stroomt en mij weghaalt bij de situatie in het hier en nu en me meesleurt naar de onveilige situatie in het verleden.

Ik reageer alsof ik nog net zo afhankelijk ben als toen ik kind was.

Maar…dat is niet zo.



Lichaamssensaties helpen je om in zo’n situatie met beide benen op de grond van het hier en nu te blijven. Je te realiseren wat daar mogelijk is. Volg daarbij de volgende stappen:

1.Voel de stress-signalen in je lichaam. Ontken ze niet maar ga er ook niet naar handelen. Geef jezelf ruimte voor een experiment.

2.Voorkom dat de vicieuze stress-cyclus doorzet. Dit doe je door zelfregulatie: Stevig zitten of staan, ademen en ontspanningstechnieken voor lichaam en geest toepassen. Zo creëer je een basishouding waarin je je veilig genoeg voelt om waar te nemen.

3.Neem fysieke sensaties waar en accepteer dat ze er zijn. Hiermee opent je aandacht voor wat je in het hier en nu kunt waarnemen. Wat zich NU afspeelt in plaats van wat je vroeger hebt meegemaakt.

4. Breid je waarneming uit: wat voel je nog meer?

In mijn geval neem ik dan bv de rust waar die er ook is als ik de ander aankijk, en de zin om iets te willen vertellen en de verlegenheid die ik daarbij voel. Dit geeft me hele nieuwe ingangen om het gesprek aan te gaan.